Bron: Foto RCE
|
|
DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|STAMBOOM|REAGEER
huidige plaats | | in het noordtransept, de zuidelijke travee, ten westen van de middenpijler van de noordelijke koorzijbeuk locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond) | maten | | 139 x 264 cm | steensoort | | maaskalksteen | inscripties | | klik op de afbeelding om deze te vergroten.De zerk vertoont een breuk over de lengte. Bovendien is er een tweetal stukjes nieuwe steen ingezet met als gevolg dat daar de inscriptie is verdwenen. We hebben hier een voorbeeld van een zerk waarvan het deel dat enige tijd onder een houten vlonder heeft gelegen veel beter bewaard is gebleven dan het deel waarover men de laatste eeuw veelvuldig heeft gelopen. De zerk heeft een tekstband die op de hoeken wordt onderbroken door vierkanten, waarin zich wapenschilden bevinden met daarop de vier wapens van het centrale wapenschild. In het midden zien we een tempelachtige nis met gecanneleerde zuiltjes met postamenten en Korintische kapiteeltjes en een voluutachtige bekroning. Hieronder zien we twee staande leeuwen die met hun ene voorklauw het wapenschild vasthouden en met de andere de linten erboven. De versiering komt sterk overeen met die van zerk 302, waarop ook een lid van de familie Kemp wordt vermeld. De inscriptie in de randtekst is weergegeven in reliëf. Het vervolg van deze inscriptie middenboven in het middenveld is gegraveerd, evenals de latere inscriptie onderaan in het middenveld en op de buitenrand rechts. Alliantiewapen echtpaar (1 schild): Gedeeld; I doorsneden; a een schuinkruis, in de kwartieren vergezeld van een omgekeerde droogscheerdersschaar; b een omgewende omziende hinde; II doorsneden; a een op vier plaatsen samengebonden krans; II een gebouw. 1. Kwartieren: 1 als I = linksboven; 2 als III = linksbeneden; 3 als II = rechtsboven; 4 als IV = rechtsbeneden. In Hs 1709, 31.1 is de hinde niet omgewend. Het gebouw lijkt meer op een hostiedoosje met hengsel, zie zerk 321. De krans wordt ook hier op vier plaatsen gebonden met een vierblad, zie zerk 302. De namen bij de kwartieren zijn: 1 Spijckers; 2 Heijnden; 3 Keijmp; 4 -. Hs 1709, 31.1 geeft de volgende inscriptie: hier legt begraven Jacob Spijcker sterft 1564 / den 20 April en / Gerberg Hendricksz Kemp sijn huijsvrouw tot / Dordr[e]cht gestorven den 23 October 1582 en / Jacob Spijckers sterft 1594 ende / Heijlke Stooters van Enckevoort sijn huijsvrouw / sterft den 13 December 1623. De rest wordt hier niet gegeven. Hs Martini, 140 vult aan: Catarina van der Meulen / weduwe van Jacob van / Casteren Fransz. Sterf / 9 Augusti Ao 1662. Hier / lijet begraven Aerijaen / Spijckers sterft den 1 / Junius Anno 1661. Phus Spijkers M. Obiit 18 Julij 1770. Jacob Spycker is waarschijnlijk een zoon van Jacob Spycker en Weyndelmoet Claes die Becker en is mogelijk de Jacobus Spicker de Buscoducis die zich in 1497 inschreef aan de Leuvense universiteit. In de belastinglijsten van het midden van de zestiende eeuw behoort hij tot de 8% hoogst aangeslagenen. Hij was getrouwd met Geerborch, rond 1508 geboren uit het eerste huwelijk van Henrick Jan Arnts Kemp, schepen in 1539, met Henrica Henricx van Doerne. Al sinds 1519 gewoon lid van de Illustre Lieve Vrouwe Broederschap, werd Jacob in 1536/7 tot gezworen broeder verkozen. Hij overleed op 20 april 1565 (de zerk in paasstijl geeft 1564), zijn gezworen medebroeders hielden acht dagen later een requiemmis voor hem. Zijn zoon Jacob, rond 1537 geboren, dreef handel in linnen lakens. Hij was getrouwd met Elisabeth, een dochter van Peter Mathys Lambert Stoters en Agnes Gerit Michiels alias Van Enckevoort. Eind jaren 1570 week Jacob met zijn familie uit naar Holland. Zijn moeder overleed in 1582 te Dordrecht, waar ze wellicht inwoonde bij haar dochter Weyndelmoed, weduwe van Jacob van Casteren, zie zerk 294. Jacob vestigde zich in Haarlem, waarschijnlijk om zijn economische belangen aldaar te beschermen. In 1584 keerde hij, na vanuit Haarlem de Bossche stadsregering toestemming te hebben gevraagd, naar zijn geboortestad terug. Jacob en Elisabeth werden beiden onder de zerk van zijn ouders begraven. Zo ook hun zoon Jacob, op 14 januari 1578 gedoopt in de Sint-Jan, in 1614 getrouwd met Maria Wouters van Wel, in 1619 met Aleyt Nicolaes Aerts, overleden op 17 februari 1663 en zes dagen later in de Sint-Jan begraven. Een andere zoon van Jacob en Elisabeth was Gerit, schoenmaker in ‘De Gulden Bierton’ aan de Vughterdijk. Uit zijn huwelijk met Margriet Adriaen Joost Lenaerts van Vechel werd op 4 oktober 1607 in de parochiekerk van Sint-Cathrien een zoon Adriaen gedoopt. Deze trouwde in 1637 met Weyndelken Gerits van der Venne en overleed in 1661. De laatste Spyckers op deze zerk is pater Hyacinthus Spyckers, geboren in ’s-Hertogenbosch in 1696. Hij was in 1716 ingetreden bij de predikheren en bediende, na vanaf 1738 als assistent te hebben gefungeerd, vanaf 1755 het bedehuis aan de Kerkstraat. Wellicht is Hyacinthus de kloosternaam van Gerardus Josephus Spyckers, die op 10 november 1696 in de parochie van Sint-Cathrien werd gedoopt als zoon van Adriaen Gerit Adriaens Spyckers en Maria Backers en achterkleinzoon van de op deze zerk genoemde Adriaen Spyckers. Ten slotte wordt ook Catarina van der Meulen op deze zerk vermeld. Zij was in 1625 te Dordrecht getrouwd met Jacob van Casteren, een zoon van Frans, die weer een zoon was van de hiervoor genoemde Jacob van Casteren en Weyndelmoet Spyckers. 2. (Oud 363/284; Nieuw 264; Martini 140; Smits 176) * Het graf stond in 1707 op naam van Spijckers. De legger van 1724 maakt melding van de overboeking op naam van Maria Bakkers, de weduwe van Adriaen Spijkers. In april 1752 werd het graf overgeboekt op naam van haar kinderen, Jasper, Gerardus en Henricus Spijkers. In mei 1779 vond de overboeking plaats op naam van Michiel Spijkers, echtgenoot van Maria Elisabeth de Jongh, en de kinderen Maria, Christina, Cornelia, Johanna en Paulina Spijkers. Daarnaast kwam het graf toe aan Michiels zus Maria Spijkers, echtgenote van Martinus Verbeek, en hun kinderen Cornelis en Johanna Verbeek. Tussen 1779 en 1804 werd het eigendom van de kerk. Vanaf 1707 tot zeker 1821 lag de zerk in het midden van de middelste travee van het noordtransept. Daarna, maar vóór 1912, werd hij naar de huidige plaats verlegd, op korte afstand daarvandaan. | Aerts, Aleyt Nicolaes | | Backers, Maria | | Becker, Weyndelmoet Claes die | | Casteren, Frans van | | Casteren, Jacob Fransz. van (x C. van der Meulen) | | Casteren, Jacob Gerits van (x W. Spycker) | | · zie ook: 294. Govaert van der Elst, 1612
| | Doerne, Henrica Henricx van | | Jongh, Maria Elisabeth de | | Kemp, Geerborch Henricx | | · zie ook: 302. Marten Gerits sHeeren, 1578
| | Kemp, Henrick Jan Arnts | | Meulen, Catarina van der | | Michiels alias van Enckevoort, Agnes Gerit | | Spijkers, Christina | | Spijkers, Cornelia | | Spijkers, Johanna | | Spijkers, Maria | | Spijkers, Michiel | | Spijkers, Paulina | | Spycker, Adriaen | | Spycker, Gerardus Josephus | | Spycker, Gerit (x M. A. J. L. van Vechel) | | Spycker, Hendricus | | Spycker, Jacob (x W. C. die Becker) | | Spycker, Jasper | | Spycker, Wendelmoed | | · zie ook: 294. Govaert van der Elst, 1612
| | Spyckers, Adriaen Gerit Adriaens | | Spyker, Jacob 1663 | | Spyker, Jacop 20-4-1564 | | Spyker, Phtys | | Stoters, Elisabeth | | Stoters, Peter Mathijs Lambert | | Vechel, Margriet Adriaen Joost Lenaerts van | | Venne, Weyndelken Gerits van der | | Verbeek, Cornelis | | Verbeek, Johanna | | Verbeek, Martinus | | Wel, Maria Wouters van | Legenda: begraven in de Sint-Jan vet: hoofdbegravene. klik op de afbeelding om deze te vergroten.
|