Bron: Foto RCE

 

408 Otto van Malsen, 1534


DETAILS |BESCHRIJVING|WAPENS|BIJZONDERHEDEN|GESCHIEDENIS|PERSONEN|REAGEER


huidige plaats    

in de noordelijke kooromgang, in de eerste straalkapel vanaf het transept, de westelijke van twee zerken

locatie in 1821 volgens Martini (zie plattegrond)
maten 125 x 85 cm
steensoort maaskalksteen
inscripties 


klik op de afbeelding om deze te vergroten.

Beschrijving

Het gaat hier om twee stukken zerk, een boven- en een ondergedeelte; het middenstuk is verdwenen en is nu opgevuld met drie tegels. De tekstband wordt doorbroken door vierpassen met daarin de evangelistensymbolen. In het bovengedeelte zien we in het midden een helmteken met dekkleed; in het ondergedeelte het onderstuk van een wapenschild met de onderste uitlopers van de dekkleden.

Wapens

Het wapen is door de onvolledige zerk incompleet en bovendien sterk afgevlakt. Toch is nog te zien dat in het wapen een schuinbalk was opgenomen, het traditionele Van Malsen-wapen, wat wordt bevestigd door Hs 1709, 120.1. 1. Door het ontbreken van het middengedeelte van de zerk is niet te zeggen of er een helm met een wrong of helmkroon op het wapen heeft gestaan. De aanwezigheid van de helm ligt echter wel voor de hand door de aanwezigheid van dekkleden en het helmteken: een pauwenhals. 2.

Bijzonderheden

Handschrift 1709, 120.1 geeft de volgende tekst voor deze zerk: hier leijd begraven Otto van Malsen sterft 1534 den 12e dagh in meij en juffw Claris sijn dogter sterft 1507 den 7e dag van oest. De familie Van Malsen was actief in Holland, Utrecht, Gelre en ook in Brabant. Twee abten van de abdij van Berne stammen uit deze familie: Arnt van Malsen (1492-1515) en Coenraet (1528-1549). Vanaf het begin van de zestiende eeuw tot het midden van de zeventiende eeuw waren Van Malsens heer van Tilburg en Goirle. In de familie Van Malsen komt de naam Otto veelvuldig voor. Over Otto van Malsen en zijn dochter Claris die op deze zerk worden vermeld is echter verder niets met zekerheid te zeggen. 3.

Geschiedenis

(Oud 509/505; Nieuw 45; Martini 366) *
In 1707 stond het graf op naam van Van Malse. De legger van 1724 meldt de overboeking op naam van Johan van Malse. Voor 1752 werd het graf eigendom van de kerk.
De zerk was in 1709 nog intact. Uit de leggers blijkt dat het graf in ieder geval vanaf 1707 in het voormalige koor van de Lieve Vrouwe Broederschap te vinden was. Hier lag het op of bij de grens van de eerste en tweede travee vanaf het transept. Hoewel Martini de zerk niet zelf in zijn handschrift uit 1821 had opgenomen, werd deze hier later, onder nummer 366, aan toegevoegd door de toenmalige eigenaar van het handschrift, Robert baron van Breugel Douglas (1791-1873). Ook op dat moment was de zerk nog niet gebroken. Smits noemt de zerk in 1912 wel, maar had deze niet zelf in de kerk aangetroffen. 4. In 1982 werd de zerk tijdens restauratiewerken, in twee stukken gebroken, aangetroffen onder de vloer van de Sacramentskapel. Daarop werden beide delen op hun huidige locatie neergelegd.

Personen

 Malse, Johan van
 Malsen, Arnt van
Malsen, Claris van
 Malsen, Coenraet van
Malsen, Otto van † 19-5-1504

Legenda:
† begraven in de Sint-Jan
vet: hoofdbegravene.
Grafzerk    
 
Naam    
 
E-mail    
 
Reactie    
 
Verifcatie    
 
 

Uw browser ondersteunt geen Flash of bezit geen recente Flash versie