Beschrijving

De zesregelige inscriptie beslaat slechts de bovenhelft van de zerk. Het betreft hier een steen die volgens de inscriptie de ingang naar een grafkelder markeert. Een aparte grafsteen heeft, zoals hierna zal worden uiteengezet, blijkbaar nooit bestaan.

Bijzonderheden

Nicolaas de Gijselaar werd in 1680 in Amsterdam geboren als zoon van de koopman Engelbrecht de Gijselaar (1651-1681) en Geertruit van Alphen (1647-1721). In 1699 ging hij in Leiden studeren, in 1703 promoveerde hij daar tot licentiaat in de rechten. Hij vestigde zich aanvankelijk als advocaat te Woudrichem. Zijn moeder was intussen hertrouwd met Gerard van Breugel (1672-1716), schepen en secretaris van zijn geboortestad ’s-Hertogenbosch. Nicolaas is zijn moeder naar haar nieuwe woonplaats gevolgd, in september 1710 kocht hij er het poorterschap, met Pasen 1713 werd hij lidmaat van de hervormde gemeente. In 1720 en 1723 was hij schepen van zijn nieuwe woonplaats, van 1725 tot 1727 was hij er postmeester. Van 1718 tot 1723 was bovendien waarnemend rentmeester-generaal der Domeinen van Brabant voor stad en meierij. Nicolaas was in 1710 in Woudrichem getrouwd met Agatha, dochter van Cornelis van Schagen, raad en vroedschap van Gorinchem. Het echtpaar had minstens tien kinderen. De oudste zoon Nicolaes (1712-1780) vestigde zich in Gorinchem, waar hij schepen, pensionaris, raad en burgemeester was. Diens zoon Cornelis, achtereenvolgens pensionaris van Gorinchem en Dordrecht, kreeg grote bekendheid als overtuigd patriot. Nicolaas’ jongste zoon Jacob (1726-1779) volgde in zijn vaders voetsporen en was vanaf 1752 negenmaal schepen van ’s-Hertogenbosch.Van de dochters huwde Agatha Geertruijd met schepen Pieter Johan Franken en Anna Maria met stadspensionaris Antonij van Heurn. Nicolaas kocht in 1720 een kelder in de Sint-Jan (zie zerk 392). Hij overleed op 24 augustus 1728 en werd een week later in zijn graf in de Sint-Jan bijgezet. Zijn echtgenote volgde hem op 14 juni 1755. ^1.

Geschiedenis

(Oud 413; Nieuw 142; Martini 206; Smits 218B) ^*
Het betreft hier de ingangssteen van de kelder die oorspronkelijk op naam stond van Rogier van Broeckhoven. De ingangssteen werd zeer waarschijnlijk aangeschaft in 1720, het jaar waarin Nicolaas de Gijselaar de kelder en de zerk kocht. Zie zerk 392 voor het eigendomsrecht vanaf 1724.
Uit het handschrift Martini kan opgemaakt worden dat de ingangssteen in 1821 nog steeds tegen de zerk aan lag. Op zijn plattegrond bevonden beiden zich in de noordelijke kooromgang, in de travee tegenover de derde straalkapel vanaf het westen, ten noordoosten van de achtste koorpijler. Hier, agter het groote Choor, bevonden de zerk en de ingangssteen zich al toen Nicolaas de Gijselaar in 1720 de kelder kocht. Hoewel de plattegrond van Smits op dit punt niet duidelijk is, mag aangenomen worden dat de ingangssteen voor 1912 op zijn huidige plek werd gelegd. De zerk werd naar een andere locatie overgebracht.

Personen